Foto: inplantingsbeeld van de zes burgerwindturbines. Meer details over het coöperatieve windproject in Mol leest u hier.

Update 2 augustus 2021: na de weigering van de vergunning door minister Zuhal Demir en de foutieve berichtgeving daarover in verschillende Vlaamse media publiceerden we dit artikel.


Voor het ecopower-windproject in mol moet een stuk bos verdwijnen.
Hoe zit dat precies? En hoe kan het dat dit goed is voor het klimaat?

Het een nucleair onderzoekscentrum SCK CEN in Mol schreef een aanbesteding uit om op hun terreinen windenergie op te wekken. Na een grondige afweging van de voor-en nadelen tekende Ecopower in op het project, dat na een eerste afwijzing werd bijgestuurd en nu zes coöperatieve windturbines omvat ten zuiden van het kanaal Bocholt-Herentals op het terrein van SCK CEN. Om de turbines te plaatsen moet er tijdelijk en permanent ontbost worden. Waarom wilt een ecologische organisatie als Ecopower dit project uitvoeren? Valt het rooien van bomen voor windturbines hier te verantwoorden? Welke winst staat er tegenover het verlies?


Ruimtelijke aspecten

Waarom wordt er op deze plek een windproject ontwikkeld?

Het coöperatieve windproject is gepland op de gronden van SCK CEN. Dit gebied is op het gewestplan ingekleurd als gebied voor nucleaire installaties (industriële ontwikkeling). Momenteel is het bebost met naaldbos, aangeplant voor de mijnbouw. De eigenaar wil het gebied verder ontwikkelen in functie van zijn noden. Het verduurzamen van de energiebehoefte van SCK CEN is er daar één van. Het is een sterk signaal dat een nucleair onderzoekscentrum kiest voor lokaal geproduceerde hernieuwbare energie én voor een samenwerking met een burgercoöperatie.

Zijn er geen andere plaatsen?

In ons dicht bebouwde Vlaanderen is er niet zo veel ruimte voor de windturbines die we dringend nodig hebben om de energie die we allemaal gebruiken op een duurzame manier te produceren. Er spelen heel wat factoren mee zoals afstand tot woningen, soort gebied bepaald in de gewestplannen … Ecopower bekijkt elk project opnieuw in detail: er worden een project-MER (milieu-effectenrapport) en een lokalisatienota opgesteld om zo tot de meest geschikte locatie te komen. Uiteraard werden er ook alternatieven bestudeerd in de omgeving, zo ook het landbouwgebied ten noorden van het kanaal. Daar zijn windturbines echter uitgesloten door de aanwezigheid van een hoogspanningsleiding en woningen.

Uit de project-MER en de lokalisatienota blijkt dat de ruimtelijke impact op de omgeving aanvaardbaar is en dat het project past binnen het geldende regelgevende kader. Toch merken we dat veel mensen het project persoonlijk aanvoelen als een inbreuk op hun omgeving en de natuur. Dat is begrijpelijk. Ook Ecopower is voor maximaal natuurbehoud en houdt waar het kan rekening met de biodiversiteit van het bos. En we gaan in dit artikel dieper in op hoe en waarom windenergie ook een plek kan krijgen in een bosrijke omgeving.

Kan het bos nog gebruikt worden voor andere doeleinden?

Uiteraard blijft het bos toegankelijk voor recreatie zoals wandelen en van de natuur genieten, ook wanneer de windturbines er staan. Verandert de omgeving? Natuurlijk, net zoals heel onze omgeving constant in verandering is.

Als u ín het bos bent, blijven de windturbines vaak visueel onopgemerkt door het bladerdek van de bomen. De zichtbaarheid is net groter vanop een verdere afstand. En wat met het geluid dat de turbines produceren? Dat is hoorbaar maar zal, zeker bij wat grotere windsnelheden, vaak opgaan in het geluid van het ruisende bladerdak.

De toegelaten geluidsproductie volgens de VLAREM-normen in een gebied bestemd voor kernenergie is 60dB overdag en 55 dB ‘s nachts. Met het maximale geluidsniveau van 42,5 dB overdag en 41 ‘s nacht blijft het burgerwindproject ruim onder de normen die gelden in het gebied. Ter vergelijking: in een natuurgebied mag een windproject overdag 44 en ’s nachts 39 dB produceren.

Ecologische impact: bos rooien versus groene stroom

Waarom en hoe precies verdwijnt er een stuk bos?

Om de windturbines te plaatsen, moeten er bomen gerooid worden. Zowel tijdelijk als permanent. De tijdelijke ontbossing die nodig is voor de bouwwerken (denk aan de toegangsweg voor de werf), wordt op verschillende manieren hersteld. Waar de bochten verbreed worden, ter hoogte van de centrale bosdreef en de Boerentang, gebeurt een aanplant met loofbomen om de dreefstructuur te behouden. Ter hoogte van de tijdelijke werkplatformen gebeurt spontane herbebossing en ontstaan er gradiënten, open plekken waar door de afwijkende lucht- en lichtinval een nieuwe, rijkere biodiversiteit ontstaat.

Op alle plekken waar er geen permanente infrastructuur meer overblijft na de werken, wordt het bos hersteld. We vervangen naaldhout door loofhout, wat een meerwaarde betekent. Door te kiezen voor meer biodiversiteit stijgt de capaciteit van het bos om CO2 op te nemen.

Naast de tijdelijke ontbossing is er ook blijvende ontbossing. Voor de standplaats van alle zes de turbines en het daaraan gekoppelde werkplatform moet in totaal minder dan één hectare bos wijken. Dat komt overeen met bijna twee voetbalvelden. Is dat veel? Als we naar de CO2-winst kijken niet.

500.000 ton CO2-winst

Door zes nieuwe windturbines uit te baten die op efficiënte wijze de wind omzetten in schone energie, zorgen we voor een CO2-vermindering van 20.000 ton per jaar. Wat een enorme stap voorwaarts is in de strijd tegen de klimaatopwarming. In Vlaanderen haalt een hectare bos jaarlijks 10 à 12 ton CO2 uit de lucht. Dat is 0,06 % van de CO2-besparing dankzij de windturbines.[1]

Het totaalplaatje ziet er als volgt uit. In het stuk dennenbos dat verdwijnt, met bomen van zo’n 50 jaar oud, ligt momenteel een totale hoeveelheid van ongeveer 500 ton CO2 opgeslagen. Na 25 jaar exploitatie van windenergie hebben we gezorgd voor 500.000 ton CO2-winst. Met een factor maal duizend is de CO2-balans overweldigend positief.

Voor het stuk permanente ontbossing voorziet Ecopower boscompensatie. Wettelijk mag dit niet in een industriegebied of in gebieden voor nucleaire installaties zoals de plek waar de windturbines gepland zijn. Daarom stort Ecopower een bijdrage in het boscompensatiefonds dat de Vlaamse overheid gebruikt voor haar herbebossingsprogramma’s.

Maatschappelijk impact: windturbines in burgerhanden

Ecopower is een burgercoöperatie voor hernieuwbare energie. Dat betekent dat we inzetten op decentrale duurzame energieproductie waarvan de burger eigenaar is. Op die manier willen we onze energievoorzieningen zelf in handen nemen en de energietransitie op een democratische manier versnellen. Als een commerciële ontwikkelaar de windturbines zou zetten, is de impact voor de natuur en de mensen in de omgeving dezelfde, alleen gaat de winst dan naar het bedrijf en niet naar de lokale gemeenschap.

Niet alleen SCK CEN, ook de huishoudens uit de omgeving die via Ecopower investeren in het project en zo rechtstreeks eigenaar worden van de windturbines, zullen gebruik maken van de lokale groene stroom van de turbines. Het project is dus niet enkel ecologisch maar ook maatschappelijk relevant.

Een positieve eindbalans

Om de klimaatdoelen tegen 2030 te realiseren zijn locaties als deze echt nodig. De energietransitie heeft een langetermijnvisie nodig die naar het totaalplaatje kijkt. Vanuit Ecopower, een burgercoöperatie die niet de financiële winst maar wel de ecologische en de maatschappelijke meerwaarde vooropstelt, doen we dit op een belangeloze manier. Uiteraard is het onze missie om zo veel mogelijk lokale hernieuwbare energie te produceren, maar wel op een eerlijke en evenwichtige manier.

Wanneer we naar het grotere ecologische en maatschappelijke plaatje kijken en de algemene balans opmaken is die positief. Ook al kan het voor veel mensen op het eerste gezicht lijken dat ontbossing voor windenergie sowieso niet te verantwoorden is, zien Ecopower en alle onafhankelijke studies het burgerwindproject in Mol als een doordacht en overtuigend windproject waarbij de lusten voor mens, milieu en klimaat zeker opwegen tegen de lasten. We streven er altijd naar om windturbines te plaatsen op een plek waar ze de natuur zo min mogelijk schaden. Maar als we niet voldoende inzetten op hernieuwbare energie en daardoor het klimaat uiteindelijk drastisch zou veranderen, wordt de natuur zeker geschaad. Niet lokaal, maar globaal en onomkeerbaar. De beschikbare ruimte in Vlaanderen is beperkt. Dat betekent dat er soms keuzes gemaakt moeten worden en dat we de ruimte die er is moeten delen en verdelen voor verschillende bestemmingen.

Meer info over dit project en de impact op de omgeving

Al het gevoerde onderzoek in het kader van dit project staat in het milieueffectenrapport. In de niet-technische samenvatting van dat milieueffectenrapport leest u vanaf pagina 25 (hoofdstuk 4 - Synthese van de milieueffecten) meer 
over de aspecten biodiversiteit en natuur en hoe Ecopower hier optimaal rekening mee houdt via milderende maatregelen zoals terreinherstel, herontwikkeling /verbossing en compensatie van de geplande biotoopinname. Een van de vele maatregelen ter illustratie: de werkzaamheden voor de bouw van de turbines worden gepland buiten het broedseizoen om geen negatieve invloed te hebben op de voortplanting



[1] Bron: https://www.encon.be/nl-BE/berekening-co2-compensatie-bomen#:~:text=In%20Europa%20staan%20er%20per,oftewel%2012%20ton%20CO2%2Fhectare